En toen waren we opeens in Chicago. Fietsend langs Lake Michigan zagen we de skyline steeds iets groter worden. Na een week door de heuvels van Ohio en het winderige platteland van Indiana te hebben gefietst reden we over het 15 mijl lange Lakefront Trail de stad binnen. We verwisselden campings voor een hotel downtown, vlakbij het Millennium Park en The Bean, namen een douche, gebruikten alle verzorgingsproducten die het hotel ons te bieden had, deden wat wax in ons haar en gingen de straat op.
Fietstochten en stedentrips zijn een wonderlijke combinatie. Opeens lopen overal mensen met haast en is het eten overvloedig maar duur. Daarnaast ben je moe en heb je vooral zin om ergens een dutje te doen, maar ja, de grote stad. Na in een winkelcentrum wat gegeten te hebben liepen we naar de Jonh Hancock Tower, hét uitzichtpunt van de stad. En met de bijna ondergaande zon was dat uitzicht spectaculair mooi. En toen waren we moe en gingen we weer terug naar het hotel. We liepen via het park waar we verrast werden door een openluchtconcert. Een paar duizend man zaten op stoelen en in het gras te luisteren naar, zo leerden wij later, Gregory Porter. Toch nog even een biertje bestellen. En daar, luisterend naar de jazz met wolkenkrabbers als decor, begon ik toch al een beetje van Chicago te houden.
De volgende morgen stonden wij om half vijf op om met de opgaande zon foto’s te maken in het nog slaperige centrum. Daarna nog even bijslapen en een bliksembezoek aan het museum, dat, net als de stad, veel te groot bleek voor de hoeveelheid tijd. En vervolgens weer door, pakje aan en op de fiets. Er stonden drie nachten warm showers op de planning.
De eerste was bij Lee en Cindy. Een ouder stel dat, 10 mijl van het hotel, in een groot huis midden in een groene buurt woonde, vlakbij de hipste straat van de stad. Op de tweede verdieping woonde dochterlief met haar gezin en de derde was voor gasten. Jurgen uit Polen bijvoorbeeld, een collega fietser die hier al voor de derde nacht was. En wanneer Lee en Cindy een huiskamerconcert gaven lag het hier vol muzikanten. Lee had eigenlijk boekenclub vanavond, maar toen we hem bij aankomst vroegen naar de dichtstbijzijnde fietsenmaker - gebroken spaak - begon hij meteen te bellen. Na een winkel gevonden te hebben die ons die avond nog kon helpen, klapte hij de stoelen van zijn minivan naar voren en zetten we de fiets achterin. In de auto zei hij dat als je een warm showers host bent, je dat dan beter zo goed mogelijk kan doen. Na de fietsenmaker aten we bij zijn favoriete Thai en vertelde hij over de plekken waar ze hadden gewoond en het boek dat hij had gelezen voor de boekenclub.
De volgende dag reden we 75 mijl langs Lake Michigan naar het noorden, om uit te komen in Oak Creek, een plaatsje ten zuiden van Millwaukee, Wisconsin, bij Dana en Shane. En hun drie nog net niet tot volop puberende zoons. Ze hadden ons vooraf gewaarschuwd voor de troep en dat bleek niet onterecht. Overal, echt overal in huis stonden spullen, daar vast ooit neergezet met een idee, en kat en hond hadden ook hun harige sporen achtergelaten. Terwijl we de route van de komende dag zaten te bekijken, kwam Xander, de jongste, bij ons zitten en hadden we het over alle landen waar hij nog naar toe wilde en robots. Aan het avondeten vertelde Shane, een oud-marinier, over de fietstocht die hij jaren geleden had gemaakt en over zijn thuisbrouwerij. En ondertussen bleef hij ons nieuwe biertjes voorzetten, heerlijke koude biertjes. We vroegen hem naar het mooiste deel van zijn reis. Ach, zei hij, natuurlijk kom je langs prachtige natuur, maar het mooiste zijn de mensen die je ontmoet. Dana zei dat de belangrijkste rede om fietsers te ontvangen haar drie zoons waren. Ze konden zelf niet weg, want te druk, maar op deze manier kwamen ze toch in contact met de buitenwereld. Ze wilde haar kinderen opvoeden met een open blik, iets wat verre van vanzelfsprekend was in het dorp. Als ze haar verpleegstersmaster had afgerond wilde ze het liefst emigreren naar een plek waar de gezondheidszorg - en de algehele politieke situatie - beter was. Canada zou kunnen, al hield ze niet van kou, maar haar grote droom was Nieuw-Zeeland. Shane keek alsof ze dit gesprek al vaak hadden gevoerd, wij opperden dat hij daar wel een bar zou kunnen openen. De biertjes zouden vast in de smaak vallen. Toen er ’s ochtends slecht weer leek aan te komen opperde Shane dat we nog een dagje zouden blijven, hij kon zich wel ziek melden en bovendien waren er biertjes die we nog niet hadden geproefd. Maar wij gingen verder. Bijna 100 mijl richting Madison. Een studentenstad waarover de verhalen louter positief waren.
Daar konden we blijven bij Alan en Erin. Een stel dat vijf jaar geleden in anderhalf jaar een fietstocht van het noordelijkste deel van Alaska naar het zuidelijkste puntje van Argentinië had gemaakt, op een tandem. Inmiddels hebben ze een dochtertje van twee, een huis, en werken ze beiden aan de universiteit. Alan gaf een feestje, een groep van zijn studenten kwam barbecueën, maar we waren meer dan welkom. Oh en in het weekend gingen ze naar de ouders van Erin, drie uur naar het noorden, maar als we nog wat dagen wilden blijven was het huis van ons. Eet vooral de koelkast leeg en doe je ding.
De gastvrijheid die we tegenkomen is overweldigend. Dit is niet wat ik had verwacht in een land waar een man aan de macht is die de grenzen zo dicht mogelijk wil houden. Aan de andere kant, dit zijn niet de Trumpstemmers, dit zijn die anderen, en dat wordt elke keer benoemd. Misschien krijgen we de Trumpstemmers wel helemaal niet te zien, misschien zijn dat niet de mensen die vreemde fietsers toelaten in hun huis die nodig toe zijn aan een warme douche. Misschien ligt daar het verschil. Jenny uit Fort Wayne, Indiana - 'ik werk tot tien uur, maar de achterdeur is gewoon open' - hoopte van niet, hoezeer ze Trump ook haatte. Haar ouders hadden Trump gestemd, gewoon, omdat ze al hun hele leven republikeins stemden, maar haar ouders waren de liefste mensen die ze kende. Zij hoopte dat we wel zouden worden ontvangen bij een Trumpgezin, en dat het een fantastische ervaring zou zijn. Ook dat is een vorm van gastvrijheid. Je kunt immers niet gastvrij zijn tegenover jezelf of tegenover je beste vriend, dan heet het geen gastvrijheid, maar vriendschap. Gastvrijheid betreft de vreemdeling, degene die je niet kent en waarvan je niet weet wat je kan verwachten. En dat is bijzonder om mee te maken.