Bas heeft last van FOMO, bekent hij als we ergens boven de Atlantische oceaan hangen. Fear Of Missing Out. Ik zelf sla in een nieuwe stad het liefst de highlights over om zo snel mogelijk ergens op een terrasje een kop koffie te gaan drinken, maar voor een reisjournalist lijkt mij de wil om alles te zien wat er te zien is een prima instelling. Misschien wel een vrij noodzakelijke instelling. Gij zult niet zomaar een beetje rondhangen, gij zult dingen beleven en thuiskomen met verhalen en foto's waar wij ons aan zullen vergapen, die wij boven ons bed zullen hangen, dromend van grote avonturen ver van huis.
De eerste dag op IJsland is, om heel eerlijk te zijn, enigszins verregend. We waren allebei moe van een lange reisdag, inclusief de eerste fietskilometers naar onze Airbnb, en na een tijd door Reykjavík te hebben gelopen wílden we wel een tocht fietsen, maar alles ging net niet zoals het had moeten gaan. Een combinatie van bussen die op verkeerde tijden reden, huurauto's die niet meer te krijgen waren en ons gebrek aan doortastendheid deden ons uiteindelijk de das om. Die avond vielen we gefrustreerd in slaap. Er was zo veel moois en nog zo weinig tijd.
Dus de volgende dag vroeg op, een huurauto gevonden waar, gelukkig, beide fietsen in pasten en op pad. Eerst een paar uur rijden en dan nog een stuk fietsen, zoiets. En foto's maken natuurljk. We volgen route 1 naar Vik, 180 kilometer naar het zuidoosten en rijden daarna meer het binnenland in. En inderdaad, IJsland is indrukwekkend mooi, watervallen, boerderijen die tegen de gletsjer lijken aangeplakt, uit de zee stekende rotsen. Enige probleem: het blijft maar regenen. Af en toe rijden we een groepje bepakte fietsers voorbij en hun grimassen verraden dat ze het zwaar hebben, maar niet fietsen is voor hun geen optie. Ze hebben een doel. Als je ergens naar op weg bent neem je de regen op de koop toe, maar er zomaar uit het niks een rondje doorheen gaan fietsen is toch iets anders, zeker als je eerst nog uit een uitstekend verwarmde auto moet stappen. Op het verlichte dashboardschermpje zie ik dat het buiten 6 graden is.
Maar goed, die FOMO, zelfs ik begin hem nu te voelen. Doorrijden naar huis is op geen enkele manier een optie. Dus als we aankomen in Laugarvatn, parkeren we de auto naast een wegrestaurant waar net een volledige schoolklas aan de cola zit, en tillen onze fietsen gadegeslagen door dertig paar verbaasde ogen uit de auto. Beenstukken, armstukken en jasje om ons te beschermen tegen de kou en hup op de fiets. We rijden een deel van de Golden Circle, een wielerronde die elk jaar in de zomer wordt gehouden. En zoals dat vaker gaat wanneer ik eindelijk iets doe wat ik al veel te lang heb uitgesteld, vraag ik me na 5 minuten af waarom we nu pas op de fiets zitten. Het is heerlijk. Met de goede spullen ben je de kou snel vergeten en is zelfs de bij vlagen snijdende wind een relatief probleem. Na drie uur trappen door prachtige landschappen (voor verdere beschrijvingen verwijs ik jullie graag door naar de fotoblog van bas) verwisselen we voldaan en schoongespoeld onze wielerkleding voor spijkerbroek en trui, heel even sta ik naakt op een parkeerplek in Laugarvatn (gelukkig is de schoolklas inmiddels vertrokken), en stappen we in de auto. Volgende keer alleen niet vergeten goede regenhoezen voor mijn schoenen mee te nemen, pas halverwege Reykjavík komen mijn voeten weer enigszins tot leven. Thuis drinken we een veel te duur IJslands biertje.
En nu, twee dagen later, zitten we dus in het vliegtuig naar Washington. Bas is zijn foto's aan het bewerken en ik kijk de Pixarfilm Monsters University om alvast in Amerikaanse sferen te komen. Om nog even terug te komen op de vorige blog; de dozen waren weg. Opgeruimd. Wat een probleem was. Na drie keer doorverbonden te zijn geweest om uiteindelijk toch iemand te spreken te krijgen bleken er ergens in een hoekje van de luggageservice twee verfomfaaide dozen te liggen. Die eigenlijk net te klein en te gehavend maar met hulp van een rol ducktape precies goed waren. 'Reizen is eigenlijk een aaneenschakeling van kleine en iets minder kleine problemen, met af en toe een wonderschoon uitzicht', zeg ik tegen Bas als we de dozen bij de odd-size luggage afleveren. 'Net als het leven', antwoord hij, wat me voor een reisjournalist een uitstekend uitgangspunt lijkt om op pad te gaan.