In 2016 nam Berend van Loon het Utrechtse fietsenmerk Snel over. Hij doopte de veel geprezen vakantiefietsen Safari en Savanne om tot Steel Ride en opende een tweede winkel in Den Haag. Met de steun van zijn team zet hij Snel weer op de kaart. Absolute keuzevrijheid is het motto. In de trein naar de winkel in Utrecht ontmoet ik wereldfietser Anita. Als ik haar zeg waar ik heen ga, roept ze dat ze al vanaf 2002 op een Snel rijdt. “Doe de groeten aan Randy en Ariejan! Groene Expedition!” Na enig graafwerk weet chef werkplaats Randy Hess wie ik bedoel. Hij en Ariejan Groenewegen zijn het geheugen van Snel. Zij zijn bij iedereen bekend. Onder hun handen komen de fietsen in het Utrechtse winkelpand tot leven.
In de etalage
Snel is een begrip onder Nederlandse wereldfietsers. In de winkel aan de Amsterdamsestraatweg worden al vanaf 1940 fietsen gebouwd. Vanaf de jaren tachtig ver-wierf Snel aanzien met de Savanne en de Safari, twee bekroonde vakantiefietsen. Modellen van Snel werden op de Fietsvakantiebeurs meerdere malen uitgeroepen tot fiets van het jaar. Drie generaties Snel gingen Berend van Loon voor. Grootvader Frans Snel begon met het bouwen van frames tijdens de bezetting, toen fietsen schaars waren. Zoon Fred introduceerde aan het begin van de jaren zestig de racefiets in de winkel. Ervaringen van klanten bewogen hem tot aanpassingen die de aanzet vormden tot de huidige vakantiefiets. Eerst laste hij een drager aan de fiets. Om spaakbreuk te voorkomen, maakte hij de wielen sterker. Daarna monteerde hij betere remmen, die ook in de afdaling met een beladen fiets betrouwbaar zijn. En de fiets mocht niet zwabberen, want dat is levensgevaarlijk. In de jaren tachtig introduceerde Fred zijn eerste echte vakantiefiets op de Fietsvakantiebeurs. In verscheidene tests van buitensportmagazines Op Pad en Bike & Trekking werden de fietsen geroemd om de comfortabele zit en het stabiele rijgedrag. Het waren de gloriejaren van Snel. In 2010 nam Peter het stokje van zijn vader over. Kort daarna werd Fred ziek. Enige tijd voor het overlijden van zijn vader vroeg Peter aan Hans Struijk, een bevriend ondernemer in de fietsenbranche, om hem te helpen bij het vinden van een opvolger. “Peter had hart voor de zaak waarin hij was opgegroeid, maar de fietsenwinkel lag hem niet”, vertelt Berend. “Wat het team van Snel miste, was een stuurman. Vanuit het bedrijf werden al een tijdje geen lijnen meer uitgezet. De inzet bij het team was er, maar iedereen handelde op eigen houtje.” Berend sprak met werkplaatsmedewerker Randy, die al twaalf jaar voor Snel werkt. “Bij hem en andere medewerkers voelde ik bevlogenheid. Als telg uit een kunstzinnig nest, zijn beide ouders zijn beeldend kunstenaar, herkende hij bij Snel de passie van de makers. De overname werd zorgvuldig voorbereid. Berend werkte eerst een jaar als bedrijfsleider onder Peter. Die tijd hadden ze nodig om aan elkaar te wennen en om te bekijken hoe ze verder zouden gaan. Wilde het team met Berend mee? Het antwoord was volmondig: ja! Met de hulp van drie bevriende investeerders, onder wie Hans Struijk, kreeg hij de overname financieel rond. Sindsdien is er een hoop veranderd. “Onder Peter werden de frames door de Vlaamse framebouwer Vaneenooghe gelast”, vertelt Berend. “Het merk Ridley spoot ze – de frames waren er voornamelijk in zwart – en een eenmansbedrijfje bouwde ze op. Het klopte voor mij niet dat het hele proces werd uitbesteed. De opbouw heb ik teruggehaald naar de winkel. Het spuiten gebeurt nu bij Jan Janssen. En klanten hebben de keuze uit het totale RAL-kleurenpalet, 210 kleuren.” Berend loopt voor me uit via de werkplaats naar de opslagruimte in het naastgelegen pand. Op planken staan kratten gerangschikt op naam van de klant. Hierin zitten de onderdelen waarmee hun fiets straks wordt opgebouwd. Achterin opent hij de deur naar ‘het atelier’. “Ik noem het zo omdat dit iets van het ambacht weergeeft. Hier wordt in de etalage en voor het oog van de klant de fiets opgebouwd.”
Derde achtervork
De overname zorgde voor scepsis in wereldfietskringen. Berend komt uit het team van Hans Struijk, een Haagse fietsenwinkel. Vanaf 21-jarige leeftijd ontwikkelde hij zich daar van monteur tot filiaalmanager. Later leidde hij de werkplaats in de nieuwe megawinkel in outdoorcentrum The Globe in Den Haag. Daar maakte hij de overname door investeringsmaatschappij IBG mee. De filialen schoten als paddenstoelen uit de grond.Bestaande fietsenwinkels werden opgekocht en Berend werd er op uitgestuurd voor de inrichting en om de teams te begeleiden naar de nieuwe winkelformule. Daarvoor kreeg hij een maand en er was nauwelijks tijd voor nazorg. “Ik heb vooral geleerd hoe het niet moest”, zegt hij daarover. Het werd een fiasco en samen met een groot deel van het personeel moest Berend het veld ruimen. In 2018 werd de winkelketen failliet verklaard. “Toen ik Snel overnam, was ik heel ambitieus en wilde ik vier vestigingen openen, nog een in Amsterdam en in Rotterdam. Ik weet nu dat ik het rustig aan moet doen. Na drie jaar doet de nieuwe winkel in Den Haag het goed. De komende jaren hebben we nodig om onze positie te bestendigen.” Het team remde Berend ook af in zijn vernieuwingsdrang. Randy: “Snel is geliefd onder vakantiefietsers. Mensen zijn vertrouwd met het merk”. De fietsen moeten herkenbaar blijven. Dat advies nam Berend ter harte. Berend: “Veruit de grootste slag die we met het team hebben gemaakt, is klanten tot in het kleinste detail absolute keuzevrijheid te geven.” Als voorbeeld toont hij een fiets die hij zelf op kleur samenstelde, zwart met rood. Hij wijst op de rode details, de schakeltjes in de ketting, de lijnen op de spatborden, de ventieldopjes en boutjes. “Toevallig is het dezelfde kleur rood als het Son koplampje. De spaken zijn zwart. De nippeltjes heb ik in zwart laten maken. “En laatst hebben we een fiets opgebouwd met een Shimano Alfinenaaf en een racestuur, omdat de klant dat wilde. Voor de bevestiging van de shifter hebben we een beugeltje geheel op maat gemaakt. De Alfinenaaf zit nu standaard in ons assortiment.” Als voorbeeld van een afwijkend frame-ontwerp toont hij de fiets die hij heeft gemaakt voor Rob Bruintjes, met 2,21 meter een van de langste mensen van Nederland. Het is een frame van 72 centimeter met een lage instap, elektrische achterwielaandrijving en voor- en achterdragers. Voor meer stabiliteit is een extra, derde achtervork tussen de staande en liggende achtervork naar de balhoofdbuis doorgetrokken. Terwijl Berend de fietsen aan de fotograaf demonstreert, kijkt een heer op leeftijd geamuseerd toe. “Je hoeft mij niets meer te vertellen. Ik rij al dertig jaar een Snel”, verklaart hij. Berend: “We krijgen hier drie generaties Snelrijders over de vloer. Velen hebben Fred nog gekend. Klanten wisselen verhalen uit bij de koffieautomaat. Het lijkt hier soms een ontmoetingsplaats.” Wat Fred Snel en Berend met elkaar gemeen hebben, is hun oplossingsgerichte denken. Daarbij kan Berend steunen op de expertise van framebouwer Jan Kole. “Vlak na de overname kondigde Vaneenooghe aan het beroepsveld te verlaten. Daar heb ik echt stress over gehad. Want zie maar eens een andere framebouwer te vinden. Die zijn er niet zoveel.” Via Jan Janssen kwam Berend in contact met Jan Kole, die met zijn in Zeeland gevestigde bedrijf Colossi stalen frames bouwt. “Jan maakte in zijn jonge jaren frames voor Batavus en Gazelle. Hij zat 25 jaar in China. Ik weet zelf veel van buizen en ik heb een lasdiploma, maar Jan weet precies welke buizen er zijn en hoe je ze kan buigen. De frames zijn nu lichter en comfortabeler en de liggende achtervork kreeg een S-bend, wat zorgt voor meer stabiliteit. Jan vindt de speciale wensen van klanten een uitdaging. Zonder hem hadden we een heleboel stappen niet kunnen nemen.”
Dikke ordner
“Onlangs hebben we een reisfiets ontworpen voor een man die in drie maanden naar zijn zus in Griekenland gaat fietsen. Zijn broer is overleden en daar wil hij onderweg een boek over schrijven.” Omdat de klant ook op onverharde paden wil rijden, werd de fiets ontworpen rond 29 inch banden. Doordat die hoger en breder dan gemiddeld zijn, hebben ze een grotere wielomtrek en meer grip. De Big Steel Ride, zoals Berend hem noemt, is de eerste stalen Snel 29’er. Voor dit ontwerp ging Berend zelf achter de tekentafel zitten. Hiervoor putte hij uit persoonlijke ervaring op lan-gere tochten, waaronder een fietsreis van drie maanden door Nieuw-Zeeland. Maar hij schroomt niet om ook bij vakgenoten te rade te gaan. “Als ik ergens echt niet uitkom, vraag ik aan Marten Gerritsen hoe hij het doet. Marten is een vakidioot met ontzettend veel kennis. Vanuit zijn eigen bedrijf M-Gineering bouwt hij in opdracht stalen frames. Ik bestel via hem ook wel specifieke onderdelen. Dan vraag ik om een bepaald achterlampje en krijg ik als antwoord: ze zijn er in vijf uitvoeringen, welke wil je hebben?” Aan de basis voor elke fiets ligt een persoonlijk gesprek met de klant. Elk detail en elke wens wordt besproken. Het gesprek wordt door Berend uitgeschreven. Jan baseert daarop zijn werktekening die vervolgens door Berend wordt nagekeken. Berend gaat tot het uiterste om de wens van de klant te realiseren. “Afgelopen jaar kwam er een zwaar autistische jongen in de winkel. Hij had een dikke ordner onder zijn arm. Alle technische details had hij uitgeprint. Hij wist precies hoe de fiets moest worden. Na twaalf klantcontacturen ben ik maar gestopt met schrijven. Ik heb die jongen met zijn begeleider in de winkel uitgenodigd. De winkel was gesloten en ik had alle onderdelen voor hem op de grond uitgestald zodat hij kon zien of alles was zoals hij het wenste.” De wens van de jongen raakt iets in Berend. “Dit wordt zijn droomfiets. Daarmee mag ik hem helpen. Aan elke fiets van Snel zit een verhaal.”